Met de Wet betaalbare huur kwam vorig jaar een einde aan anderhalf decennium van neoliberaal volkshuisvestingsbeleid. Bewoners die te veel verdienden voor de sociale huursector maar zich geen koophuis konden veroorloven, waren niet langer overgeleverd aan woekerhuren van particuliere verhuurders. Mona Keijzer zet in haar kruistocht tegen te veel overheidsbemoeienis de bijl in deze huurprijsregulering, wat leidt tot minder aanbod in het middensegment.
Het is nog geen jaar geleden dat de Wet Betaalbare Huur in werking trad. Met de nieuwe regels werd een deel van de vrijemarkthuren in de particuliere sector aan banden gelegd. Dat was geen overbodige luxe: in de jaren ervoor hadden kleine beleggers steeds meer goedkope woningen opgekocht om ze daarna voor hoge prijzen te verhuren. Het zorgde niet alleen voor extra krapte op de koopwoningmarkt voor starters, maar ook tot schrijnende situaties voor huurders die te veel verdienden voor een sociale huurwoning. Die waren overgeleverd aan de grillen van de vrije markt.
Balanceeract
De totstandkoming van de wet was een ingewikkelde balanceeract geweest van voormalig minister De Jonge. Die wilde huurders beschermen tegen woekerprijzen van huisjesmelkers maar particuliere investeerders ook niet te veel ontmoedigen om nieuwe middeldure huurwoningen te bouwen.
Uiteindelijk bleek de koorddansoefening van De Jonge geslaagd
De uiteindelijke regels werden een compromis tussen de belangen van woningzoekers en verhuurders. Dat grote institutionele beleggers na de wet al snel weer ambitieuze woningbouwplannen aankondigden en gemeenten intussen honderden huren wisten te verlagen, bewees dat de koorddansoefening van De Jonge geslaagd bleek.
Koehandel
Mona Keijzer heeft een andere visie op de woningmarkt. Zij vindt dat vastgoedpartijen onnodig in de uitoefening van hun rol worden belemmerd. Als minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening heeft ze vanaf haar aantreden geprobeerd om de wet af te schaffen of de regels zo aan te passen dat ze hun werking verliezen. In de koehandel rond de Voorjaarsnota is dat laatste haar gelukt, al was het de VVD en niet haar eigen BBB die de kastanjes uit het vuur haalde.
Als Keijzer niet oppast, zou ze zomaar herinnerd kunnen worden als de sloper van een zorgvuldig volkshuisvestingsbeleid
De liberalen accepteerden een tijdelijke bevriezing van sociale huren om de huurprijzen in het middensegment weer te kunnen laten stijgen. Voortaan zal de WOZ-waarde van een woning nog zwaarder in de huurprijsberekening meetellen, met duurdere huurwoningen in gewilde buurten als resultaat.
Minder middeldure huurwoningen
Die hogere huren zijn niet alleen vervelend voor middeninkomens, maar zorgen er ook voor dat de woningen snel verdwijnen uit de gereguleerde sector. Ze schieten simpelweg over de grens van de vrije sector heen. De gemeente Amsterdam berekende dat ze door de ingreep op termijn een kwart van haar middeldure huurwoningen zal verliezen. Dat kan toch niet de bedoeling zijn van Keijzer. Die wil graag de geschiedenisboekjes ingaan als de minister die de woningmarkt vlot wist te trekken. Maar als ze niet oppast, zou ze zomaar herinnerd kunnen worden als de sloper van een zorgvuldig volkshuisvestingsbeleid waarin ook mensen met een middeninkomen tegen uitwassen op de woningmarkt worden beschermd.